Ecologisch onderzoek, soortenmanagementplan

Algemeen

Gaat u uw woning bouwen, verbouwen of verduurzamen? Dan moet u rekening houden met beschermde diersoorten die misschien in uw muren of op of onder uw dak leven. Afhankelijk van uw situatie moet u, uw aannemer, projectontwikkelaar of woningcorporatie ecologisch onderzoek laten doen voordat u mag (ver)bouwen. In de toekomst wordt dit vervangen door het soortenmanagementplan.

Wat kan ik doen?

Dit hangt af van uw situatie:

  • U heeft een koophuis of -appartement en woont lager dan de vierde verdieping. U mag isoleren zonder eerst onderzoek te laten doen, zolang dit op een natuurvriendelijke manier gebeurt. Dit geldt alleen voor eengezinswoningen en kleine Vereniging van Eigenaren (VvE’s) die bestaan uit maximaal 4 woningen hoog. De gecertificeerde isolatiebedrijven die u hierbij kunnen helpen vindt u op www.natuurvriendelijkisoleren.nl.
  • U heeft een koopappartement en woont hoger dan de vierde verdieping. U heeft een ontheffing nodig van de omgevingsdienst Haaglanden. Deze ontheffing krijgt u alleen als u kunt aantonen dat uw VvE of gebouweigenaar onderzoek heeft gedaan naar de aanwezigheid van beschermde diersoorten en maatregelen treft om de dieren te beschermen. Dit kunt u bijvoorbeeld doen door voldoende nestkasten te plaatsen aan het pand of in de nabije omgeving.
  • eDNA-methode voor isolatie van spouwmuur. Met de eDNA-methode kunnen isolatiebedrijven onderzoeken of er vleermuizen aanwezig zijn in de spouw. Vleermuizen gebruiken kleine openingen in de spouw om naar binnen en naar buiten te vliegen. Isolatiebedrijven kunnen met een spons of roller langs deze opening gaan om sporen te verzamelen. De sporen worden in een laboratorium getest op de aanwezigheid van DNA van vleermuizen. Wordt er geen DNA gevonden, dan kan er geïsoleerd worden zonder aanvullende maatregelen.      

Subsidie  

Woont u in een appartementencomplex? Dan kan uw VvE subsidie aanvragen voor het onderzoek naar de aanwezigheid van beschermde diersoorten. Hoeveel subsidie u kunt krijgen, hangt af van de grootte van uw VvE. Zie voor meer informatie de pagina Subsidie procesbegeleiding woningisolatie VvE. Daarnaast kunt u ook subsidie aanvragen bij de Rijksdienst Voor Ondernemend Nederland (RVO) voor een flora en fauna onderzoek. De subsidies van de gemeente en RVO zijn stapelbaar. Dit betekent dat u naast de subsidie van de gemeente ook subsidie vanuit de RVO kunt aanvragen. 

Wat gaat er veranderen?

Vanaf eind 2026 (naar verwachting) hoeft u niet meer zelf een ecologisch onderzoek uit te laten voeren. In plaats daarvan komt er een soortenmanagementplan, afgekort ‘SMP’. Dit is een plan van de gemeente waarin voor heel Rijswijk staat welke beschermde diersoorten waar leven. Ook staan er regels en afspraken in over welke maatregelen er per gebied nodig zijn om de dieren te beschermen.  

In de toekomst kunt u direct een ontheffing aanvragen via de gemeente. Vervolgens doet de gemeente een aanvraag bij de omgevingsdienst. De omgevingsdienst beslist op basis van het SMP van de gemeente of u direct kunt starten met isoleren of dat er eerst beschermende maatregelen nodig zijn.  

Ecologisch onderzoek

Voordat het zo ver is, onderzoekt ecologisch adviesbureau Van der Goes en Groot waar de beschermde diersoorten zich bevinden in Rijswijk. Het veldwerkonderzoek loopt van 1 april tot 1 december 2025. De beschermde diersoorten waar het om gaat zijn:

  • huismus
  • ooievaar
  • spreeuw
  • verschillende soorten vleermuizen  
  • verschillende soorten zwaluwen
  • zwarte roodstaart  

Onderzoek naar vleermuizen gebeurt net voor zonsondergang en net voor zonsopgang. Soms zullen de onderzoekers een woning of gebouw beschijnen met een felle zaklamp om gedrag van vleermuizen te volgen. De onderzoekers zullen onopvallend te werk gaan en voorzien zijn van een herkenbaar hesje. Ze zullen niet in uw tuin komen om onderzoek te verrichten. Zo heeft u zo min mogelijk last van de werkzaamheden. 

""
Een onderzoeker volgt het gedrag van vleermuizen.

Veel gestelde vragen

faq

In de Omgevingswet staat dat verblijf- en broedplaatsen van beschermde diersoorten niet verstoord mogen worden door bijvoorbeeld isolatiewerkzaamheden. Het gaat hierbij om dieren die zich in spouwmuren en op, of onder daken van woningen en gebouwen nestelen.  

Er moet eerst onderzocht worden of er beschermde diersoorten aanwezig zijn in de woning of het gebouw. Als dit niet zo is, dan kunt u uw werkzaamheden uitvoeren. Als de beschermde diersoorten wel aanwezig zijn, dan geeft het onderzoek aan welke maatregelen u moet nemen om de verblijfplaats van de dieren te beschermen. Na het nemen van deze maatregelen kunt u een ontheffing aanvragen van het verbod op het storen van de dieren. Na het verkrijgen van de ontheffing kunt u de werkzaamheden uitvoeren. 

Vleermuizen en andere beschermde soorten zijn een heel belangrijk onderdeel van ons ecosysteem. Vleermuizen voeden zich voornamelijk met insecten zoals muggen, kevers en motten. Zo helpen ze de natuur in balans te houden en bijvoorbeeld een muggenplaag te voorkomen. Eén vleermuis kan tot wel duizenden insecten per nacht eten. 

Met het soortenmanagementplan bespaart u op 3 manieren tijd en geld:

  • U hoeft niet zelf een onderzoek te laten doen naar de aanwezigheid van beschermde diersoorten.
  • U hoeft niet zelf uit te zoeken welke maatregelen u moet nemen om beschermde diersoorten te beschermen. 
  • U hoeft geen aanvraag in te dienen bij de omgevingsdienst, maar u kunt (vanaf  eind 2026) een aanvraag indienen bij de gemeente.